We zijn blij dat we ook in tijden van corona onze gewone vakantie kunnen doen, te weten lekker zeilen. Weliswaar niet naar de Engelse oostkust, maar dat maakt niet uit. Het plan is Zeeland en omstreken. De eerste weken zijn wij met de Emergo op pad en eind juli nemen Eveline & Eric ‘m over in Zeeland voor hun vakantie.
Zondag 5 juli Oppenhuizen – Grutte Brekken
Na maanden met heel veel mooi weer, ziet het er voor onze eerste vakantieweek niet al te aantrekkelijk uit. We hebben dus niet veel haast om weg te komen en reden voor Floor om haar plan om de eerste week mee te zeilen, te verschuiven naar een later moment. Zondagmiddag rijden Huib en ik naar de boot en zeilen vervolgens een eindje richting Lemmer. Om half negen komen we bij de Spannenburgerbrug die tot 20 uur bediend wordt, maar nog wel even voor ons open gaat. Een stukje verder leggen we aan bij een eilandje in de Grutte Brekken.
We liggen heerlijk rustig, totdat rond 11 uur de wind toeneemt en gedraaid is en we aan lager wal liggen. We liggen een partij te hobbelen, dat wordt een slechte nacht. We varen dus nog maar even in het donker naar een andere kant van het eilandje, waar we weer uit de wind liggen. Daarna lekker geslapen.
Maandag 6 juli Grutte Brekken – Lelystad
Ook vandaag hebben we geen haast. We switchen van Weeronline naar Buienradar naar Windy tot we er scheel van worden, maar iets anders dan veel wind en veel regen tussen Lemmer en Lelystad zit er ‘s ochtends niet in. Onze plannen wijzigen per uur, maar uiteindelijk vertrekken we rond half 2 naar Lelystad. Net een uurtje te vroeg, want binnen 10 minuten komen we in een regen/hagelbui terecht waar ook nog een wat extra wind in zit. Daarna wordt het eigenlijk alleen maar beter. Nadat we de sluis door zijn is het eerst even een stukje tegen de wind in motorzeilen. Als we eenmaal goed op het IJsselmeer zijn hebben we halve wind, windkracht 6. Met twee riffen in het zeil gaan we als een speer richting Lelystad. Af en toe krijgen we flink wat opspattend water over ons heen. We zijn vlot in Lelystad, waar we meteen door gaan voor een lekkere maaltijd bij Jorrit en Emmy.
Dinsdag 7 juli Lelystad
We blijven een dagje in Lelystad. Het weer en de weersverwachting zijn weinig stabiel. We willen graag via IJmuidenbuitenom naar Zeeland, maar dan is het handig als de wind niet uit het zuidwesten komt. De voorspellingen wat betreft richting en sterkte we komende week blijven dagelijks veranderen. Helaas neemt de hoeveelheid regen in de voorspelling alleen maar toe.
‘s Ochtends shoppen we in Bataviastad, opbrengst is een paar schoenen en een poloshirt. ‘s Middags fietsen we via een toeristische route naar Jorrit en Emmy, waar het weer gezellig en lekker is.
Woendag 8 juli Lelystad – Amsterdam
Nadat we ‘s ochtends nog een lekker tompouce van Prins hebben weggewerkt gaan we begin van de middag naar Amsterdam. Er staat geen zuchtje wind, alleen maar miezerregen, dus dat wordt een saai motortochtje. Bij de Schellingwoudebrug moeten we een half uurtje wachten vanwege de spits. In die tijd eten we de eerste ronde van het restje eten wat we van gisteren hebben meegenomen. Er ligt een heel peloton boten te wachten om door de brug en Oranjesluis te gaan richting Amsterdam. Ons plan was om weer eens in de Sixhaven achter het centraal station te gaan liggen, maar we schatten onze kansen niet hoog in met zoveel concurrenten. Dat valt toch mee, er is zelfs nog een box voor ons beschikbaar. De havenmeester houdt nog steeds van volproppen, want de laatste boten worden tegen de palen aangelegd, daarmee te boten in de boxen ‘opsluitend’.
‘s Avonds nog even een rondje gewandeld in het centrum, nadat we een mondkapje hadden gekocht.
Donderdag 9 juli Amsterdam
‘s Ochtends rustig aan gedaan, in de hoop dat het weer ‘s middags zou opknappen. Helaas, ook ‘s middags waren de enige smaken miezerregen en buien, dus met de paraplu toch maar op pad. Eerst naar Bickerseiland, een gebiedje tussen de Jordaan en het IJ in. Door de boeken van Philip Snijder was ik benieuwd naar dit stukje Amsterdam. Het is ondertussen natuurlijk heel anders dan in zijn boeken, ook hier veel mooie straatjes met opgeknapte pakhuizen. Daarna naar Museum het Schip over ontstaan van woningcorporaties en de bouwstijl van de Amsterdamse school. Mooi en fijn museum. Vervolgens naar Floor, Rosa en Tijn voor een lekkere maaltijd en veel gezelligheid. Ondanks het prutweer een leuke dag.
Vrijdag 10 juli Amsterdam – Scheveningen
Het idee was om om acht uur te vertrekken, maar om half acht waren we wel klaar, dus los alle touwen. Eerst motorzeilend naar IJmuiden. Rond elf uur waren we door de sluis. Volgens de gegevens stond er op zee nog flink wat wind, dus voor de zekerheid een rif in het zeil. Na een half uurtje hebben we die er toch maar weer uitgehaald, want windkracht vijf is stevig, maar met de wind schuin van achteren was het prima te doen. De golven waren wel vrij onstuimig nog van de hardere wind, dus we surfden vrolijk de golven op en af. Het was een vlot tochtje en voor drie uur lagen we vast in de haven van Scheveningen. We vertrokken in de regen en kwamen aan in de zon, zalig. Vlakbij Scheveningen liggen allemaal boten voor anker, ook drie grote cruiseschepen, die waarschijnlijk in verband met corona niet gebruikt worden.
Zaterdag 11 juli Scheveningen – Schelphoek
Het was vanochtend een oefening geduld hebben, want het plan was om rond 11 uur te vertrekken. Kort daarna zou de stroom keren en de wind gaan blazen, dus dat zag er goed uit. Maar ja, als links en rechts boten vertrekken, zijn wij altijd geneigd ook te gaan. Gelukkig moesten we wachten tot onze buren vertrokken en die gingen dezelfde kant uit. Iets voor elf uur dus losgegooid en op de motor richting de havenmond van Rotterdam. Daar was het niet druk met in- en uitgaande schepen, dat was makkelijk. Het was een perfecte zeildag met windkracht 3/4, een zonnetje en stroom mee, dus we gingen als een speer. Bij de sluis van de Oosterschelde aangekomen besloten we nog door te varen naar Schelphoek, een ankerplaats aan de noordkant. Deze had in het blad Zeilen gestaan, dus we waren niet de enige, maar met zeven boten was het ook niet echt druk.
Zondag 12 juli Schelphoek – Yerseke
Een stralende dag, dus vanochtend lekker gezwommen rondom de boot. In de loop van de middag gaan we richting Yerseke. Het is precies een mooi licht windje om te zeilen en Huib haalt alle zeilen tevoorschijn om de wind die er is te benutten. Als we de spinnaker naar beneden willen halen gaat het echter mis, eerst wil het niet en na wat gedoe komt het hele ding naar beneden zetten, waarna we het als een soort anker achter ons aantrekken. Waarschijnlijk zat de val bovenin de mast vast en is de verbinding gebroken. Helaas sneuvelt bij deze actie ook onze vlaggenstok, heel jammer.
‘s Avonds bij Meinte en Maartje langs.
Maandag 13 juli Yerseke – Wolphaartsdijk
Vandaag staat alles in het teken van Floor die komt. Na vier uur met een mondkapje in de trein te hebben gezeten, stapt ze fris en fruitig uit in Yerseke. Ruth brengt haar naar boot en na een lekkere lunch varen we meteen weg, want het is heel mooi weer. Vlak buiten Yerseke gaan we voor anker om lekker te zwemmen, te zonnen en een dutje te doen. Eind van de middag zeilen we naar het Veerse meer waar we een mooi plekje aan een eilandje vinden. Er is overal genoeg plek, de verwachte drukte valt erg mee.
Dinsdag 14 juli Wolphaartsdijk – Veere
Na twee stralende dagen is het weer een mindere dag, we worden wakker met het gezellige getik van de regen. Naast de zon ontbreekt de wind ook, dus eind van de ochtend tuffen we op de motor naar Veere. We vinden een mooi plekje aan de kade en het weer knapt een klein beetje op (het houdt op met regen). We hijsen Floor de mast in om het touw dat we een paar dagen geleden kwijt raakten bovenin de mast door het gedoe met de spinnaker, weer naar beneden te halen. Ze heeft een mooi uitzicht en aardig wat bekijks van de toeristen die langslopen.
Woensdag 15 juli Veere – Middelburg
We leggen deze dagen geen grote afstanden af, dus erg vroeg hoeven we ook nu niet te vertrekken. We tuffen het kanaal door Walcheren door en krijgen in Middelburg een mooie plek aan de Kinderdijk. ‘s Middags wandelen en shoppen we wat. We leren iedere keer weer nieuwe mooie plekjes van Middelburg kennen. Na de borrel zetten we Floor weer op de trein naar Assen, het was erg gezellig dat ze er was. ‘s Avonds ga ik bij Mea en Jack langs, dat was ook fijn. Als we trouwens ‘s middags bij de boot terugkomen legt de boot die in Scheveningen naast ons lag net weer naast ons aan, toevallig. Vandaag een paar spatjes, verder wel aardig weer.
Donderdag 16 juli Middelburg – Vlissingen
Vanwege corona moeten ze de bruggen en sluizen rondom Middelburg en Vlissingen met minder mensen bedienen. Dat betekent ook dat de blauwe golf waardoor je vrij vlot van Middelburg naar Vlissingen door kan varen, maar vier keer per dag is. We nemen die van half 12, net als onze buren. We hebben alvast een plek in de Michiel de Ruyterhaven in Vlissingen gereserveerd, wat wel een fijn gevoel is aangezien er wel 25 boten richting Vlissingen vertrekken. Ruim een uur later zijn we bij de sluis naar de Westerschelde, waar we ons vergapen aan de superjachten bij de Damen werf. Nadat we geschut zijn door naar de haven in het centrum van Vlissingen.
Als we even later op de steiger lopen horen we wat gespartel onder en rond de steiger. We kijken wat om ons heen en zien opeens een grote zeehond die een vis probeert te vangen. Echt op een paar meter afstand! Even later had-ie de vis te pakken en zwom hij de haven weer uit de Westerschelde op.
Vlissingen is trouwens best aan het veranderen, met meer leuke pleintjes en vooral een hele ontwikkeling op het vroegere terrein van de Scheldewerf. Het wordt steeds mooier en is een leuke plaats om te liggen. Op de boulevard komen de grote vrachtschepen zo dicht langs het strand varen, dat is ook uniek en blijft leuk om te zien.
‘s Avonds hebben we nog een onverwachte opstapper. Als Jorrit na z’n laatste tentamens met studievrienden in Bruinisse belandt, besluit hij door te gaan naar Vlissingen. Hij wordt in Bergen op Zoom op de trein gezet en is om 1 uur ‘s nachts bij de boot.
Vrijdag 17 juli Vlissingen – Paal
Het droogvallende haventje van Paal stond op een lijstje, dus daar vandaag maar heen. In verband met het tij vertrekken we om half acht en zijn iets na de middag in Paal. Het is een kleine haven, vrij basaal, maar daardoor erg charmant. Het leuke is dat je het getij echt ervaart, want als we ‘s middags terugkomen van een bezoek aan het Verdronken land van Saeftinghe, moeten we een aardig eind naar beneden klauteren om op de boot te komen. Jorrit heeft ondertussen de achterbuurman geholpen met de verlichting en stuurautomaat van zijn nieuwe trimaran, dus we zijn al snel helemaal geïntegreerd.
‘s Avonds is het zicht vanaf de dijk over de drooggevallen delen van de Schelde met ondergaande zon echt schitterend. Op de Schelde varen de grote schepen voorbij.
Zaterdag 18 juli Paal – Antwerpen
Aangezien de OV-verbinding naar Delft vanuit Antwerpen veel beter is dan vanuit Zeeuws-Vlaanderen, besluiten we toch maar naar Antwerpen te gaan. We twijfelden een beetje gezien de mondkapjes e.d. maar we hebben nu een goede reden. Het duurt wel even voordat we kunnen vertrekken, pas rond 1 uur is er genoeg water om de haven uit te kunnen varen.
In Antwerpen kunnen we gebruik maken van de hernieuwde Kattendijksluis, met een wat onregelmatig schema, maar ook met bramen die uit de kademuur groeien. Terwijl we worden geschut plukken we even een bakje bramen. Daarna door de het Willemdok, een haven in een dok dat nog stamt uit de tijd van Napoleon.
Na aankomst brengen we Jorrit naar de trein. Het waren 44 leuke uren! Als we teruglopen naar de haven kijken we nog wat verder rond in de buurt van de haven. Dat gebied is weer verder opgeknapt en is erg hip en trendy uit, met heel veel terrassen aan het water en opgeknapte pakhuizen. Het MAS (Museum aan de Stroom) staat ook in het havengebied, erg mooi.
Zondag 19 juli Antwerpen – Hansweert
We besluiten zondagmiddag weer terug te gaan naar Zeeland. We hebben voor vertrek nog tijd om Antwerpen te bekijken. Zondagochtend is daarvoor ideaal wat ons betreft, want alle winkels zijn nog dicht dus is het nog lekker rustig overal. We maken een aardige wandeling langs mooie plekken en tegen de tijd dat het drukker wordt op straat, zijn wij weer op de boot en vertrekken naar Nederland. Antwerpen is echt een hele leuk stad. De haven ligt trouwens wel veel minder vol dan toen we hier jaren geleden waren.
Rond twee uur vertrekken we weer, beetje te vroeg eigenlijk dus eerst stroom tegen. Maar ja, de sluis gaat maar een keer per tij open, dus we hadden weinig keus. We besluiten tot Hansweert te gaan en liggen daar (illegaal) een nachtje net voor de sluis een de buitenkant van het remmingswerk. Als we vastliggen regent het nog even, goede timing.
Maandag 20 juli Hansweert – plaat bij Yerseke
Voor het eerst in 17 jaar dat we niet met Floor samen zijn op haar verjaardag. Wij tuffen ‘s ochtends het Kanaal door Zuid-Beveland door. We liggen best wel even te wachten voor de sluis en de twee bruggen, het schiet niet echt op, maar we hebben vakantie en het is mooi weer. Eind van de ochtend drinken we koffie bij Meinte en Maartje en daarna varen we de zandplaat voor Yerseke op. Dat lijkt een mooie plek om droog te vallen. Het is mooi weer, de wind zal in de middag wat toenemen en in de avond wegzakken, dus dat ziet er allemaal goed uit.
Natuurlijk pakt het allemaal weer anders uit. De wind neemt toe tot een stevige windkracht vier. Daardoor liggen we eerst weinig comfortabel voor anker en als we vast komen te liggen wordt de boot door de golven op een oor gelegd. De komende acht uur liggen we dus lekker scheef! De wind gaat ook helemaal niet liggen, we vrezen het ergste voor als we loskomen ‘s nachts. Als we naar bed gaan leggen we een stapeltje kussens tussen ons in, zodat Huib mij niet tegen de zijkant plet.
Gelukkig gaat de wind toch wel liggen en slapen we eigenlijk best aardig, zeker als ergens midden in de nacht de boot weer wat rechter komt te liggen. En de zonsondergang was wel heel mooi.
Dinsdag 21 juli Yerseke – Sint Annaland
Om half zeven vindt Huib dat het tijd wordt te vertrekken aangezien het weer richting laag water gaat. We hebben weinig haast en als we een groep meeuwen zien varen we er naar toe en gooien het vislijntje uit. Om 7 uur ‘s ochtends hebben we meteen al beet! Het blijkt een kleine zeebaars te zijn, die lekker smaakt.
We zijn op weg naar het Grevelingenmeer, maar onderweg komen we langs de Krabbekreek richting Sint Annaland en we realiseren ons dat we daar ook nog naar toe willen. Dus slaan we af en pikken een meerboei voor Sint Annaland op om aan vast te liggen, erg handig. Onderweg zien we zes vrij jonge zeehonden langs de kant liggen. Het is een mooie plek om te liggen. Als ik vanaf de boot het water in spring heb ik gelukkig een touw vast, want de stroming blijkt stevig te zijn, harder dan dat ik kan zwemmen.
Als Jorrit laat weten dat hij die avond weer komt, blijkt het vanuit Delft het handigst om naar Sint Philipsland te komen, dat is 5 km varen met Luctor, ons bijbootje. Als Huib Jor ‘s avonds gaat halen staat er ondertussen windkracht vier en tegen de wind in wordt je dan best nat in de Luctor.
Woensdag 22 juli Sint Annaland – Stampersplaat
We willen graag naar het Grevelingenmeer om onze duikset in open water te testen. Het Grevelingenmeer is daarvoor een goede plek, helder water een geen stroming. We gaan voor anker onder Stampersplaat en vissen de duikspullen onder het bed vandaan. We hebben maar een set, dus de ‘buddy’ blijft snorkelend in de buurt. Het is overigens maar 2,5 meter diep, dus van diepwaterduiken is geen spraken. Leuk en mooi is het wel, met Japanse oesters, kleine visjes en krabbetjes.
Donderdag 23 juli Stampersplaat – Roompot
Jorrit wil nog graag een stuk over zee varen. Helaas is Grevelingen nu net de het enige water van waaruit je niet op zee kan komen. We besluiten om naar de Oosterschelde te gaan en vlakbij de Roompotsluis te gaan ankeren. Om het hele stuk stroom mee te hebben moeten we erg vroeg vertrekken, daar hebben we geen zin in, dus om 8 uur gaan we anker op. Tot de sluis bij Bruinisse hebben we een gunstige wind, daarna voornamelijk wind tegen. Als we na de Zeelandbrug ook nog stroom tegen krijgen, schiet het niet echt meer op. Alle zeiltrucjes worden uit de kast gehaald en uiteindelijk komen we er wel. Ondertussen is de voorspelling voor vannacht dat er vrij veel wind zal staan, reden om de Roompot Marina in te varen in plaats van het anker uit te gooien. We zijn nog nooit in deze haven geweest en het wordt ook niet een van onze favorieten.
Vrijdag 24 juli Roompot – Vlissingen
Huib en Jorrit hadden allebei op hun eigen manier een tochtplanning gemaakt waardoor we eerst met afgaand tij van Roompot naar de punt van Walcheren zouden varen en daarna met opkomend tij van de punt naar Vlissingen. Beiden komen op een vertrektijd van 9 uur uit. Meestal blijkt dan onderweg dat het tij zich niet helemaal aan de afspraak houdt maar dit keer gaat het helemaal perfect. We gaan mooi vlot de Roompotsluis door en kruisen tegen de wind daarna naar Westkapelle. Met stroom mee is tegen de wind opkruisen minder erg, omdat je door de stroom vrij lange slagen kan maken. Als we bij Westkapelle zijn krijgen we halve wind en dichter bij Vlissingen varen we voor de wind, dus de gennaker gebruiken we ook nog. Drieënhalf uur nadat we de sluis bij Roompot zijn uitgevaren varen we de haven van Vlissingen in, een vlot tochtje. De tochtplanning klopte helemaal!
Qua vissen vangen is het een goede maar toch ook sneue dag. Eerst heeft Jorrit een vrij grote zeebaars aan de haak, maar die weet los te komen als-ie bijna op het achterdek ligt. Daarna hebben we weer beet, maar ook deze weet te ontsnappen. Uiteindelijk vangen we nog een makreel vlakbij Vlissingen. Binnen een uur eten we een lekker broodje makreel.
‘s Avonds komt Gijs en eten we bij de Brasserie, op de kop van de haven. Het is vrij druk op de Schelde, dus de loodsboten varen voortdurend uit en komen weer terug. Vanuit Vlissingen worden de loodsen bij de boten die de Schelde op- en afvaren afgeleverd of weer opgehaald. Er liggen zowel Nederlandse als Belgische loodsboten en het valt op dat de Belgische loodsen mondkapjes dragen.
Zaterdag 25 juli Vlissingen – Wemeldinge
Jorrit heeft gisteren geïnvesteerd in visspullen dus hij zeilt nog het stuk op de Westerschelde mee in de hoop een deel van z’n investering terug te verdienen. Net na de middag is het laag water in Vlissingen waardoor we mooi met de stroom mee naar Hansweert kunnen zeilen. Alhoewel de weersvoorspelling voor vandaag slecht is, varen we in een lekkere zon en met aardig wat wind de 20 mijl naar Hansweert. Helaas voor Jor gaan we te hard voor de vissen om te kunnen happen, geen vangst. In Hansweert fietsen Huib en Jorrit naar het station, Jorrit gaat weer naar Delft. Ondertussen gaan Gijs en ik de sluis door en daarna is Huib ook weer terug en varen we het Kanaal door Zuid-Beveland door naar Wemeldinge. We hebben een goede timing want vlak voor aankomst hebben we wel een klein buitje, maar nadat we vastliggen valt er nog heel wat meer regen.
Zondag 26 juli Wemeldinge – Bergen op Zoom
In onze zoektocht naar een goede plek van waaruit Gijs makkelijk bij zijn auto in Bergen op Zoom kon komen, kwamen we er achter dat Bergen op Zoom zelf ook een optie is. Voor ons gevoel ligt het in Brabant, een stuk verder naar het oosten, maar dat is dus niet zo. Aangezien Zierikzee ook nog op ons lijstje staat, vertrekken we ‘s ochtends eerst daar naar toe. Uit gemakzucht laten we het rif van gisteren nog even in het zeil zitten. Eenmaal op de Oosterschelde blijkt dat niet verkeerd, want er staat een stevige bries. We zeilen op hoge snelheid in een strakke lijn naar de Zeelandbrug en daarna door naar Zierikzee. In de haven mogen we voor een paar uur naast een vissersschip liggen, ook weer interessant om dat schip vanaf het dek te bekijken.
Na een wandeling en een stuk appeltaart gaan we door naar het einde van de Oosterschelde. Er staat ondertussen een goede windkracht 5 met uitschieters naar 6, dus ook nu gaan we als een speer. Aan de oostkant van de Oosterschelde is een kleine sluis waarna je in een natuurgebied terechtkomt, wat doorsneden wordt door het Schelde-Rijnkanaal. De haven ligt in een industriegebied, dat is wel weer jammer. Nadat we met Gijs naar z’n auto zijn gewandeld, bekijken we het centrum van Bergen op Zoom. Dat is vele malen mooier dan we hadden gedacht, met een gezellige grote markt en veel mooie oude gebouwen.
Maandag 27 juli Bergen op Zoom – Bruinisse
Vandaag ons laatste stukje zeilen want morgen nemen Eveline & Eric de boot over. We vertrekken op tijd zodat we op de Oosterschelde de stroom nog mee hebben. Er staat een behoorlijk windje, bij de Bergse diepsluis liggen we aan de steiger aan lager wal en het blijft bijzonder om te zien hoe mensen met veel kunst- en vliegwerk van lager wal wegkomen. Wij varen netjes op de spring weg, stuk beheerster en minder spannend. De wind is keurig gedraaid waardoor we ook nu weer met de wind schuinachter varen, ideaal. We zijn dan ook mooi op tijd in Bruinisse, waar we de boot nog wat schoonmaken en onze spullen alvast wat bij elkaar zoeken. We liggen weer aan onze favoriete steiger, aan de buitenkant van de haven, met vrij uitzicht. Alleen de wind staat er wat ongunstig op, maar die draait ‘s avonds nog wat door. Alhoewel ze meldden dat de haven bijna vol was toen we ‘s ochtends belden voor een plekje, zijn er toch nog aardig wat lege plekken aan de steiger.
Dinsdag 28 juli Bruinisse – Assen
Rond de middag zijn Eveline, Eric en Myrthe er. Na de lunch vertrekken wij weer naar Assen. Het waren drie lekkere weken op de boot. Geen superzomers weer, maar we hebben veel kunnen zeilen en het weer werd steeds beter. Komende weken varen Evelie & Eric rond in Zeeland en daarna varen wij de Emergo weer terug naar Fryslân.
Zaterdag 15 juli Scheveningen – Den Oever en 16 juli Den Oever – Oppenhuizen
De afgelopen weken hebben Eveline & Eric vooral veel rondgedobberd tijdens de hittegolf. Zij hadden ongeveer het tegenovergestelde weer van ons: strakke zon en weinig wind. Aangezien de windvoorspelling niet erg gunstig is voor de tocht Zeeland – Fryslân, zijn zij alvast tot Scheveningen gekomen, dat scheelt ons weer wat mijlen. Mijn idee was dat we in 3-4 dagen de boot terug zouden varen, maar het blijkt dat Huib het in twee wil doen, dus dat wordt een beetje doorvaren. We hebben echter geen haast om uit Scheveningen te vertrekken aangezien het tij pas ‘s middags mee gaat staan. We zijn er dus rond lunchtijd en na de overdracht vertrekken Eveline & Eric en varen wij de Noordzee op.
Er is inderdaad niet heel veel wind, maar met de zeilen en motor weten we de vaart er toch redelijk in te houden. Nadat we het Wad opdraaien kan de motor uit en kunnen we de speurtocht langs de knipperende boeien op de zeilen doen. Rond 3 uur ‘s nachts zijn we in Den Oever, waar we aanleggen aan de wachtsteiger en ons bed in duiken.
Na een paar goede uren slapen varen we om 9 uur de sluis door. Vervolgens naar Stavoren over een vrijwel speigelglad IJsselmeer, er staat geen zuchtje wind. Ergens onderweg in Fryslân maken we nog even aan een mooring vast om te lunchen. Het is daar ondiep, dus ik kan tijdens het zwemmen mooi de buitenkant van de boot ontzilten. Eind van de middag ligt de boot weer in de box in Oppenhuizen, precies zes weken nadat we de haven verlieten voor onze tocht naar Zeeland.
Leave a Reply